Als u besluit uw maatschap op te heffen, moet u eerst de maatschap ontbinden. Ook is het belangrijk dat u de financiële gevolgen goed overziet. Controleer wat u allemaal moet opzeggen en reken af met de Belastingdienst. Volg dit stappenplan om uw maatschap op te heffen.
Ga na welke afspraken u heeft gemaakt met uw maten. Deze kunt u mondeling hebben gemaakt, of schriftelijk via een maatschapscontract. Hierin staan onder andere afspraken over de verdeling van de winst. En over wie verantwoordelijk is voor verliezen en schulden bij het opheffen van de maatschap. Dat betekent dat de maten de schulden betalen en eventueel hun aandeel terugkrijgen in geld of natura, zoals producten.
Als u stopt met uw maatschap moet u een eindbalans (laten) opmaken. Dit is een eindoverzicht van het vermogen van uw maatschap. Daarna moet dit vermogen worden vereffend (financieel afgehandeld) en verdeeld. Controleer daarom de volgende zaken:
Uw maatschap mag geen bezittingen (baten) zoals voorraden en bedrijfsmiddelen meer hebben. Ga na welke bezittingen u nog heeft, zoals:
Heeft uw maatschap leningen? Controleer welke afspraken daarover zijn gemaakt. Kunt u uw betaalverplichtingen niet na komen? Neem dan contact op met de financier. Probeer samen tot een oplossing te komen.
Heeft uw maatschap leaseovereenkomsten? Bijvoorbeeld voor een bestelbus of machine. Controleer hoelang het contract nog loopt. Neem contact op met de leasemaatschappij (lessor) om na te gaan wat de mogelijkheden zijn.
Nadat u bent gestopt, blijft u aansprakelijk voor risico’s. U moet bijvoorbeeld nog steeds uw schulden afbetalen. Zorg er daarom voor dat u alles goed afhandelt. Bij sommige verzekeraars kunt u risico’s bij stoppen meeverzekeren in een bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering. Dit wordt uitlooprisico genoemd en is het risico op claims nadat u bent gestopt.
Zorg dat u de contracten en verzekeringen van uw maatschap stopzet. Een checklist:
Regel de volgende zaken, voordat u uw zakelijke bankrekening opzegt:
Informeer bij uw bank naar de procedure voor het opzeggen van een zakelijke bankrekening.
Bent u vóór 1960 geboren en is uw bedrijf niet meer levensvatbaar? Dat kunt u via het Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) een uitkering aanvragen. Met behulp van de Bbz kunt u een aanvulling krijgen op uw inkomen tot de hoogte van een bijstandsuitkering. U moet dan wel 1225 uur per jaar aan uw maatschap hebben besteed. Bent u na 1960 geboren, dan geldt een aanvulling tot beëindiging van de maatschap. Vraag Bbz aan bij de sociale dienst van uw woongemeente.
Bent u tussen de 55 jaar en de AOW-leeftijd? Dan komt u mogelijk in aanmerking voor de Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte zelfstandigen (IOAZ). Met de IOAZ-uitkering vult u uw inkomen aan tot bijstandsniveau. U moet dan kunnen aantonen dat u te weinig inkomen heeft om van te leven. Om te bepalen hoe hoog de IOAZ-uitkering is, vindt een vermogenstoets plaats. U vraagt de IOAZ-uitkering aan bij uw woongemeente.
Heeft u personeel? Dan zijn er regels waar u zich aan moet houden als stopt. Als u personeel moet ontslaan, vraagt u een ontslagvergunning aan. In een sociaal plan moet u afspraken vastleggen, zoals een transitievergoeding en hulp bij het vinden van nieuw werk. Geef het ontslag ook door aan de Belastingdienst. Wat u moet doorgeven staat bij ‘Stap 17 Einde van inhoudingsplicht of dienstbetrekking’ van het Handboek Loonheffingen (pdf).
Als u personeel heeft, vertel hen eerst dat u gaat stoppen met uw bedrijf. Uw personeel kan dan op tijd ander werk zoeken. Bekijk ook welke contracten of afspraken u heeft met klanten en leveranciers. Laat uw klanten en leveranciers pas daarna weten dat u stopt. Lees meer over uw klanten informeren op KVK.nl.
Om uw maatschap op te heffen moet u deze laten ontbinden. Alle maten moeten dan opzeggen. Geef de ontbinding van uw maatschap door aan KVK met formulier 17 ‘Ontbinding melden van vof, cv, maatschap of rederij’. KVK schrijft de maatschap meteen uit bij het Handelsregister.
KVK geeft aan de Belastingdienst door dat u stopt. De Belastingdienst stuurt u een brief over de gevolgen voor de btw en de inkomstenbelasting (zie stappen 7 en 8). Wilt u een uitkering aanvragen? Wacht dan nog even met uitschrijven (zie stap 3).
Als de maten het niet eens zijn met het opheffen van de maatschap, dan kunt u de rechter inschakelen om de maatschap te laten ontbinden. Dit kan alleen bij belangrijke redenen zoals verstoorde verhoudingen en wanprestaties.
Moet u gedwongen stoppen met uw maatschap omdat uw bedrijf schulden heeft? Onderzoek wat uw opties zijn met het Stroomschema Schulden op KVK.nl. Het stroomschema geeft u tips om van kort- en langlopende schulden af te komen. Voor tijdelijke schulden kunt u eerst nog uitstel aanvragen (surseance van betaling). Blijven er toch schulden over? Dan moet u verplicht faillissement aanvragen.
Nadat de Belastingdienst van KVK heeft doorgekregen dat uw maatschap is uitgeschreven ontvangt u van hen, net als uw maten, een brief waarin staat dat u een laatste btw-aangifte moet doen. Pas als u de laatste btw-aangifte heeft gedaan, stuurt de Belastingdienst u een definitieve bevestiging van uitschrijving als ondernemer voor de btw.
Iedere maat moet een laatste aangifte inkomstenbelasting (IB) doen. U ontvangt hierover geen aparte brief zoals voor de laatste btw-aangifte.
Na het opheffen van uw maatschap moet u de administratie minimaal 7 jaar bewaren. In sommige gevallen is de bewaarplicht 10 jaar. Dit hangt van het soort gegevens af. U vindt daarover meer informatie op Belastingdienst.nl. U mag de papieren administratie ook scannen en alleen digitaal bewaren.
De grafiek toont het aantal opheffingen van bedrijven zonder rechtspersoonlijkheid in Nederland. Dit zijn bedrijven die gekoppeld zijn aan een mens met wettelijke rechten en plichten. Bedrijven zonder rechtspersoonlijkheid zijn: eenmanszaken, maatschappen, vennootschappen onder firma (vof) en commanditaire vennootschappen (cv).
Mede mogelijk gemaakt door Samenwerkingsverband Ondernemersplein